Na de spontane start in de jaren zeventig, volgt in de jaren tachtig een periode van culinair reizen en ontwikkelend ondernemerschap. Behalve een visrestaurant wordt ook begonnen met een visgroothandel, in de jaren daarna uitgroeiend tot pionier in Nederland.
Het Nederlandse visaanbod was nog beperkt tot tong, schol, kabeljauw en mosselen. Maar door vakanties en buitenlandse reizen maakten gasten en medewerkers kennis met exotische smaakvolle ‘nieuwe’ soorten, die hier simpelweg niet te krijgen waren. Eerste eigenaar George Lodewijks en chef-kok Dick Bruinsma zagen een kans en gingen zelf culinair op reis.
George verdiepte zich grondig in zijn vak, volgde een opleiding tot viskeurmeester aan de School voor Zeevaart en Techniek in IJmuiden. Gewapend met kennis over de 25.000 eetbare vissoorten wereldwijd, trokken zij naar Rungis bij Parijs – de grootste voedselmarkt van Europa. Dick ontwikkelde nieuwe gerechten.
Hollandvis-Scheveningen importeerde voor ons bijzondere vissoorten die nu vanzelfsprekend zijn. Niet alleen ons eigen restaurant profiteerde: als groothandel voorzagen we meer dan 25 andere Amsterdamse restaurants van deze culinaire vondsten.
Die pioniergeest leeft voort in wat we doen. Van regelmatige reizen naar IJmuiden, Scheveningen en Parijs om kwaliteit te waarborgen. Goede vis begint bij kennis – een filosofie die gasten nog altijd herkennen.
Bij Lucius proef je niet alleen vis, je proeft geschiedenis. Elke hap vertelt het verhaal van ondernemers die zochten naar meer dan het gewone.
